7 Het verdriet put mij uit,elke nacht wordt mijn kussen nat van de vele tranen.
8 Mijn ogen staan dofen mijn blik is duisteromwille van mijn vijanden.
9 Verdwijn uit mijn ogen, zondaars,want de Here heeft mijn tranen gezien
10 en mijn smeken gehoord.Hij zal mijn gebeden beantwoorden.
11 Al mijn vijanden zullen voor schut staan,onverwachts in verwarring rakenen beschaamd de aftocht blazen.