1 Een psalm van David. Een lied voor de koordirigent.
2 Als God aantreedt,vluchten zijn vijanden alle kanten uit,zij snellen weg om Hem niet te hoeven zien,alle mensen die Hem haten.
3 U verdrijft hen.Zoals rook uit elkaar drijften was in de warmte smelt,zo blijft van de ongelovigen niets overals God eraan komt.
4 Maar de gelovigen zijn blijals zij God zienen juichen voor Hem.Met veel vertoon van blijdschaplaten zij dat blijken.
5 Zing voor God,zing psalmen ter ere van zijn naam.Maak een effen wegvoor Hem die door de vlakten nadert.Zijn naam is Here,jubel het uit voor Hem.