1 Een lied van David, op de wijs van: 'De achtste.' Voor de leider van het koor.
2 Help ons, Heer!Want er zijn geen goede mensen meer.Er zijn nog maar heel weinig mensen trouw aan U.
3 De mensen bedriegen elkaar.Ze zeggen het één, maar bedoelen iets anders.Ze spreken gladde woorden.
4 Heer, leg die bedriegers het zwijgen op!Ook alle mensen die trots denken dat ze U niet nodig hebben.
5 Maak een einde aan mensen die zeggen:"Met onze tong zijn we machtig.Ónze lippen geven de bevelen.Wie doet ons wat?"
6 De Heer zegt: "De mensen kreunen,want ze worden verdrukt.Daarom kom Ik hen helpen.Ik breng hen in veiligheid."