9 Heer, Rechter over de volken,neem plaats op uw troon.Laat alle landen vóór U komenen kom voor mij op, Heer, want ik ben onschuldig.
10 Maak alstublieft een einde aan hun misdaden.Maar steun de mensen die leven zoals U het wil.Want U bent een rechtvaardig Rechter.U weet wat er in de harten van de mensen is.
11 U beschermt mij als een schild.U redt de mensen die leven zoals U het wil.
12 God is een rechtvaardig Rechter.Hij straft altijd de mensen die Hem ongehoorzaam zijn.
13 Als iemand niet wil stoppen met de slechte dingen die hij doet,dan slijpt Hij zijn zwaard, spant Hij zijn boog en legt er een pijl op.
14 Hij richt zijn dodelijke wapens op hem.Hij schiet zijn pijlen op de vijand af.
15 Iemand die slechte dingen doet, wordt steeds slechter.Hij strooit leugens en bedrog om zich heen.